Optillen (hochheben) - Verbkonjugation und Übungen

Konjugation des optillen (hochheben) für alle Zeitformen mit Beispielsätzen und Übungen.

 Optillen (hochheben) - Verbkonjugation und Übungen

Lernmaterialien, die dieses Verb implementieren:

Niveau: A2

Modul 4: Levensstijl (Lifestyle)

Lektion 28: Oefening en levensstijl (Bewegung und Lifestyle)

Infinitief Voltooid deelwoord
Optillen (hochheben) Opgetild (aufgehoben)

Zeitformen

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) til op ich hebe hoch
(jij) tilt op/til op du hebst hoch
(hij/zij/het) tilt op er/sie/es hebt hoch
(wij) tillen op wir heben hoch
(jullie) tillen op ihr hebt hoch
(zij) tillen op sie heben hoch

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) optilde ich hob hoch
(jij) optilde/optildest du hobst hoch/hebst hoch
(hij/zij/het) optilde er/sie/es hob hoch
(wij) optilden wir hoben hoch
(jullie) optilden ihr hebt hoch
(zij) optilden sie hoben hoch

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) heb opgetild Ich habe hochgehoben
(jij) hebt opgetild / hebt opgetild du hast hochgehoben
(hij/zij/het) heeft opgetild er/sie/es hat hochgehoben
(wij) hebben opgetild wir haben hochgehoben
(jullie) hebben opgetild Ihr habt hochgehoben
(zij) hebben opgetild sie haben hochgehoben

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) heb opgetild ich habe hochgehoben
(jij) hebt opgetild / hebt opgetild du hast hochgehoben
(hij/zij/het) heeft opgetild er/sie/es hat hochgehoben
(wij) hebben opgetild wir haben hochgehoben
(jullie) hebben opgetild ihr habt hochgehoben
(zij) hebben opgetild sie haben hochgehoben

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Niederländisch Deutsch
(ik) zal optillen ich werde hochheben
(jij) zal/zult optillen du wirst hochheben
(hij/zij/het) zal optillen er wird hochheben
(wij) zullen optillen wir werden hochheben
(jullie) zullen optillen ihr werdet hochheben
(zij) zullen optillen sie werden hochheben

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Niederländisch Deutsch
(ik) zal/zou hebben opgetild ich werde/würde hochgehoben haben
(jij) zal/zou hebben opgetild du wirst/ würdest hochgehoben haben
(hij/zij/het) zal/zou hebben opgetild er wird hochgehoben haben
(wij) zullen/zouden hebben opgetild wir werden/ würden hochgehoben haben
(jullie) zullen/zouden hebben opgetild ihr werdet hochgehoben haben/ihr würdet hochgehoben haben
(zij) zullen/zouden hebben opgetild sie werden/ würden hochgehoben haben
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Niederländisch Deutsch
ik zou optillen ich würde hochheben
jij zou optillen du würdest hochheben
hij/zij/het zou optillen er/sie/es würde hochheben
wij zouden optillen wir würden hochheben
jullie zouden optillen ihr würdet hochheben
zij zouden optillen sie würden hochheben

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Niederländisch Deutsch
ik zou opgetild hebben ich hätte hochgehoben
jij zou opgetild hebben du hättest hochgehoben
hij/zij/het zou opgetild hebben er/sie/es hätte hochgehoben
wij zouden opgetild hebben Wir hätten hochgehoben
jullie zouden opgetild hebben ihr hättet hochgehoben
zij zouden opgetild hebben sie hätten hochgehoben
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Niederländisch Deutsch
Optil! Du hebst hoch