Kopen (kaufen) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Präsens, indikativ)

 Kopen (kaufen) - Verbkonjugation und Übungen

Kopen - Konjugation von Kaufen auf Niederländisch: Konjugationstabelle, Beispiele und Übungen im Präsens, Indikativ. (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Präsens, indikativ)

Alle Konjugationen und Zeiten: Kopen (kaufen) - Verbkonjugation und Übungen

Lehrplan: Niederländischunterricht - Prijzen en geld (Preise und Geld)

Konjugation von kaufen im Präsens

Niederländisch Deutsch
ik koop ich kaufe
jij koopt du kaufst
hij/zij/het koopt er/sie/es kauft
wij kopen wir kaufen
jullie kopen ihr kauft
zij kopen sie kaufen

Beispielsätze

Niederländisch Deutsch
Ik koop fruit op de markt. Ich kaufe Obst auf dem Markt.
Jij koopt koekjes bij de supermarkt. Du kaufst Kekse im Supermarkt.
Hij koopt vlees als het goedkoop is. Er kauft Fleisch, wenn es billig ist.
Wij kopen groenten voor het avondeten. Wir kaufen Gemüse für das Abendessen.
Jullie kopen alles wat nodig is. Ihr kauft alles, was nötig ist.
Zij kopen yoghurt bij de kassa. Sie kaufen Joghurt an der Kasse.

Übung: Verbkonjugation

Anleitung: Wählen Sie die richtige Form.

Übersetzung anzeigen Antworten zeigen

koop, kopen, koopt

1.
Ik ... fruit op de markt.
(Ich kaufe Obst auf dem Markt.)
2.
Jij ... koekjes bij de supermarkt.
(Du kaufst Kekse im Supermarkt.)
3.
Hij ... vlees als het goedkoop is.
(Er kauft Fleisch, wenn es billig ist.)
4.
Wij ... groenten voor het avondeten.
(Wir kaufen Gemüse für das Abendessen.)
5.
Jullie ... alles wat nodig is.
(Ihr kauft alles, was nötig ist.)
6.
Zij ... yoghurt bij de kassa.
(Sie kaufen Joghurt an der Kasse.)