Zien (sehen) - Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs (Präteritum, indikativ)

 Zien (sehen) - Verbkonjugation und Übungen

Zien - Konjugation von sehen auf Niederländisch: Konjugationstabelle, Beispiele und Übungen im Plusquamperfekt, Indikativ Modus (Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs).

Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs (Präteritum, indikativ)

Alle Konjugationen und Zeiten: Zien (sehen) - Verbkonjugation und Übungen

Lehrplan: Niederländischunterricht - Zintuigen en waarnemen (Sinne und Wahrnehmung)

Konjugation von sehen im Präteritum

Niederländisch Deutsch
(ik) zag ich sah
(jij) zag / zagde du sahst
(hij/zij/het) zag er/sie/es sah
(wij) zagen wir sahen
(jullie) zagen ihr sahet
(zij) zagen sie sahen

Beispielsätze

Niederländisch Deutsch
Ik zag de leeuw in het tropisch landschap. Ich sah den Löwen in der tropischen Landschaft.
Jij zag de giraffen bij de jungle gisteren. Du hast gestern die Giraffen im Dschungel gesehen.
Hij zag een wilde tijger in Afrika. Er sah einen wilden Tiger in Afrika.
Wij zagen de olifanten bij de woestijnwandeling. Wir sahen die Elefanten bei dem Wüstenrundgang.
Jullie zagen het dier in het natuurpark. Ihr habt das Tier im Naturpark gesehen.
Zij zagen de aap spelen in het bos. Sie sahen den Affen im Wald spielen.

Übung: Verbkonjugation

Anleitung: Wählen Sie die richtige Form.

Übersetzung anzeigen Antworten zeigen

zag, zagen

1.
Ik ... de leeuw in het tropisch landschap.
(Ich sah den Löwen in der tropischen Landschaft.)
2.
Jullie ... het dier in het natuurpark.
(Ihr habt das Tier im Naturpark gesehen.)
3.
Wij ... de olifanten bij de woestijnwandeling.
(Wir sahen die Elefanten bei dem Wüstenrundgang.)
4.
Hij ... een wilde tijger in afrika.
(Er sah einen wilden Tiger in Afrika.)
5.
Jij ... de giraffen bij de jungle gisteren.
(Du hast gestern die Giraffen im Dschungel gesehen.)
6.
Zij ... de aap spelen in het bos.
(Sie sahen den Affen im Wald spielen.)