10K+ Studenten - 4.8/5
Lerne mit einem Lehrer Lernmaterialien inbegriffen Konversation üben

Zich ontspannen (sich entspannen) - Verbkonjugation und Übungen

Konjugation des zich ontspannen (sich entspannen) für alle Zeitformen mit Beispielsätzen und Übungen.

Zich ontspannen (sich entspannen) - Verbkonjugation und Übungen

Lernmaterialien, die dieses Verb implementieren:

Niveau: A1

Modul 4: Objecten en mensen beschrijven (Objekte und Personen beschreiben)

Lektion 29: Fysieke toestanden en sensaties (Körperliche Zustände und Empfindungen)

Infinitief Voltooid deelwoord
Zich ontspannen (Sich entspannen) zich ontspannen (entspannt)

Zeitformen

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Niederländisch Deutsch
ik ontspan me ich entspanne mich
jij ontspant je du entspannst dich
hij/zij/het ontspant zich Er/sie/es entspannt sich
wij ontspannen ons wir entspannen uns
jullie ontspannen je Ihr entspannt euch
zij ontspannen zich Sie entspannen sich.

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Niederländisch Deutsch
ik ontspande me Ich entspannte mich
jij ontspande je du entspanntest dich
hij/zij/het ontspande zich Er/sie/es entspannte sich
wij ontspanden ons Wir entspannten uns
jullie ontspanden je Ihr entspanntet euch
zij ontspanden zich Sie entspannten sich

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Niederländisch Deutsch
ik heb me ontspannen Ich habe mich entspannt
jij hebt/heb je ontspannen du hast dich entspannt
hij/zij/het heeft/het zich ontspannen Er/sie/es hat sich entspannt
wij hebben ons ontspannen Wir haben uns entspannt
jullie hebben je ontspannen ihr habt euch entspannt
zij hebben zich ontspannen Sie haben sich entspannt

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Niederländisch Deutsch
ik heb me ontspannen Ich habe mich entspannt
jij hebt/heb je ontspannen du hast entspannt
hij/zij/het heeft zich ontspannen Er/sie/es hat sich entspannt
wij hebben ons ontspannen Wir haben uns entspannt
jullie hebben jullie ontspannen Ihr habt euch entspannt
zij hebben zich ontspannen Sie haben sich entspannt

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Niederländisch Deutsch
ik zal me ontspannen hebben Ich werde mich entspannt haben
jij zal je ontspannen hebben du wirst dich entspannt haben
hij/zij/het zal zich ontspannen hebben Er/sie/es wird sich entspannt haben
wij zullen ons ontspannen hebben wir werden uns entspannt haben
jullie zullen je ontspannen hebben Ihr werdet euch entspannt haben
zij zullen zich ontspannen hebben sie werden sich entspannt haben

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Niederländisch Deutsch
ik zal me hebben ontspannen Ich werde mich entspannt haben
jij zult je hebben ontspannen/zal je hebben ontspannen du wirst dich entspannt haben
hij/zij/het zal zich hebben ontspannen Er/sie/es wird sich entspannt haben
wij zullen ons hebben ontspannen wir werden uns entspannt haben
jullie zullen je hebben ontspannen Ihr werdet euch entspannt haben
zij zullen zich hebben ontspannen Sie werden sich entspannt haben
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Niederländisch Deutsch
ik zou me ontspannen Ich würde mich entspannen
jij zou je ontspannen du würdest dich entspannen
hij/zij/het zou zich ontspannen Er/sie/es würde sich entspannen
wij zouden ons ontspannen wir würden uns entspannen
jullie zouden je ontspannen Ihr würdet euch entspannen
zij zouden zich ontspannen sie würden sich entspannen

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Niederländisch Deutsch
ik zou me ontspannen hebben Ich hätte mich entspannt
jij zou je ontspannen hebben Du hättest dich entspannen sollen.
hij/zij/het zou zich ontspannen hebben Er/sie/es hätte sich entspannt
wij zouden ons ontspannen hebben wir hätten uns entspannt
jullie zouden je ontspannen hebben Ihr hättet euch entspannt
zij zouden zich ontspannen hebben sie hätten sich entspannt
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Niederländisch Deutsch
Ontspan! Entspann dich!