Sterven (sterben) - Verbkonjugation und Übungen Teilen Kopiert!

Konjugation des sterven (sterben) für alle Zeitformen mit Beispielsätzen und Übungen.

Lernmaterialien, die dieses Verb implementieren:

Niveau: A2

Modul 5: Dagelijks huishouden (Täglicher Haushalt)

Lektion 32: Gezinsplannen (Familienpläne)

Infinitief	Voltooid deelwoord
Sterven (sterben)	Gestorven (gestorben)

Zeitformen

Aantonende wijs

Niederländisch	Deutsch
(ik) sterf	ich sterbe
(jij) sterft / sterf (na inversion)	du stirbst / stirb
(hij/zij/het) sterft	er/sie/es stirbt
(wij) sterven	wir sterben
(jullie) sterven	ihr sterbt
(zij) sterven	sie sterben

Niederländisch	Deutsch
(ik) ben gestorven/heb gestorven	Ich bin gestorben/habe gestorben
(jij) bent gestorven/heb gestorven	du bist gestorben/habe gestorben
(hij/zij/het) is gestorven/heb gestorven	er ist gestorben/sie ist gestorben/es ist gestorben
(wij) zijn gestorven/hebben gestorven	wir sind gestorben/haben gestorben
(jullie) zijn gestorven/hebben gestorven	ihr seid gestorben habt gestorben
(zij) zijn gestorven/hebben gestorven	sie sind gestorben

Niederländisch	Deutsch
(ik) ben gestorven	Ich bin gestorben
(jij) bent gestorven / bent gestorven?	du bist gestorben / bist gestorben?
(hij/zij/het) is gestorven	er/sie/es ist gestorben
(wij) zijn gestorven	wir sind gestorben
(jullie) zijn gestorven	Ihr seid gestorben
(zij) zijn gestorven	Sie sind gestorben

Niederländisch	Deutsch
(ik) zal gestorven zijn/zal gesterven zijn	ich werde gestorben sein
(jij) zal gestorven zijn/zult gestorven zijn	du wirst gestorben sein
(hij/zij/het) zal gestorven zijn	er wird gestorben sein
(wij) zullen gestorven zijn	wir werden gestorben sein
(jullie) zullen gestorven zijn	Ihr werdet gestorben sein
(zij) zullen gestorven zijn	Sie werden gestorben sein

Niederländisch	Deutsch
(ik) zal zijn gestorven/zal gestorven zijn	ich werde gestorben sein
(jij) zult zijn gestorven/zult gestorven zijn	du wirst gestorben sein
(hij/zij/het) zal zijn gestorven/zal gestorven zijn	er/sie/es wird gestorben sein
(wij) zullen zijn gestorven/zullen gestorven zijn	wir werden gestorben sein
(jullie) zullen zijn gestorven/zullen gestorven zijn	ihr werdet gestorben sein
(zij) zullen zijn gestorven/zullen gestorven zijn	sie werden gestorben sein

Conditionele wijs

Niederländisch	Deutsch
(ik) Conditionele Tegenwoordige Tijd (samengesteld) / Onvoltooid Verleden Toekomende Tijd	(ich) Bedingte Gegenwart (zusammengesetzt) / Unvollendete Vergangenheit Zukunft
(jij) ik zou sterven	du würdest sterben
(hij/zij/het) jij zou sterven / zou jij sterven	er/sie/es würde sterben / du würdest sterben
(wij) hij/zij/het zou sterven	wir würden sterben er würde sterben
(jullie) wij zouden sterven	Ihr würdet sterben
(zij) jullie zouden sterven	sie würden sterben

Niederländisch	Deutsch
ik zou gestorven zijn	Ich wäre gestorben
jij zou gestorven zijn	du wärst gestorben
hij/zij/het zou gestorven zijn	er wäre gestorben
wij zouden gestorven zijn	wir wären gestorben
jullie zouden gestorven zijn	Ihr wäret gestorben
zij zouden gestorven zijn	sie wären gestorben

Imperatief (gebiedende wijs)

Niederländisch	Deutsch
Sterf!	Stirb