Beginnen (beginnen) - Verbkonjugation und Übungen

Konjugation des beginnen (beginnen) für alle Zeitformen mit Beispielsätzen und Übungen.

 Beginnen (beginnen) - Verbkonjugation und Übungen

Lernmaterialien, die dieses Verb implementieren:

Niveau: A1

Modul 3: Dag tot dag (Tag für Tag)

Lektion 16: Dagelijkse routines (Tägliche Routine)

Infinitief Voltooid deelwoord
Beginnen (Beginnen) Begonnen (Begonnen)

Zeitformen

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) begin ich beginne
(jij) begint / begin jij du beginnst
(hij/zij/het) begint er/sie/es beginnt
(wij) beginnen wir beginnen
(jullie) beginnen ihr beginnt
(zij) beginnen sie beginnen

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) begon ich begann
(jij) begon/begon je du begannst
(hij/zij/het) begon er/sie/es begann
(wij) begonnen wir begannen
(jullie) begonnen ihr begannet
(zij) begonnen sie begannen

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) ben begonnen ich habe begonnen
(jij) bent begonnen du hast begonnen
(hij/zij/het) is begonnen er/sie/es hat begonnen
(wij) zijn begonnen wir haben begonnen
(jullie) zijn begonnen ihr habt begonnen
(zij) zijn begonnen sie haben angefangen

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) ben begonnen Ich habe begonnen
(jij) bent begonnen du hast begonnen
(hij/zij/het) is begonnen er/sie/es hat begonnen
(wij) zijn begonnen Wir haben begonnen
(jullie) zijn begonnen ihr habt begonnen
(zij) zijn begonnen sie haben begonnen

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Niederländisch Deutsch
(ik) zal begonnen zijn ich werde begonnen haben
(jij) zal/zult begonnen zijn du wirst begonnen haben
(hij/zij/het) zal begonnen zijn er wird begonnen haben
(wij) zullen begonnen zijn wir werden begonnen haben
(jullie) zullen begonnen zijn ihr werdet begonnen haben
(zij) zullen begonnen zijn sie werden begonnen haben

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Niederländisch Deutsch
(ik) zal begonnen zijn ich werde begonnen haben
(jij) zult/zal begonnen zijn du wirst begonnen haben
(hij/zij/het) zal begonnen zijn er/sie/es wird begonnen haben
(wij) zullen begonnen zijn wir werden begonnen haben
(jullie) zullen begonnen zijn ihr werdet begonnen haben
(zij) zullen begonnen zijn sie werden angefangen haben
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) zou beginnen ich würde beginnen
(jij) zou beginnen du würdest beginnen
(hij/zij/het) zou beginnen er/sie/es würde beginnen
(wij) zouden beginnen wir würden beginnen
(jullie) zouden beginnen ihr würdet beginnen
(zij) zouden beginnen sie würden beginnen

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Niederländisch Deutsch
(ik) zou begonnen zijn ich hätte begonnen
(jij) zou begonnen zijn du hättest begonnen
(hij/zij/het) zou begonnen zijn er/sie/es hätte begonnen
(wij) zouden begonnen zijn wir wären begonnen
(jullie) zouden begonnen zijn ihr hättet begonnen
(zij) zouden begonnen zijn sie wären begonnen
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Niederländisch Deutsch
Begin! Fang an!